Verslag conferentie validisme

Versie 1 mei 2023

 

Adviezen ter bestrijding van Validisme

Inhoudsopgave

Validisme?  1

Validistisch taalgebruik.         1

Communicatie en netwerk     2

Inclusie      3

Integrale toegankelijkheid     3

Fysiek        3

Toilet 4

Openbare ruimte 5

Kunst en cultuur  5

Onderwijs   5

Sport 6

Vervoer      6

Openbaar vervoer        6

AOV (Aanvullend Openbaar Vervoer)       7

Zorg  7

Vragen       7

Bijlage hoort bij thema ‘Inclusie’ pagina 2 punt 13    9


Inleiding

De adviezen in dit document zijn geschreven n.a.v. de conferentie ‘Validisme’ dat heeft plaatsgevonden op woensdag 8 maart 2023. Van de conferentie is een uitgebreider verslag gemaakt. In dit document treft u de adviezen, 💡, die zijn gegeven door de panelleden (mensen met een handicap). Het programma van de conferentie was opgedeeld in thema’s. Elke thema gaat gepaard met de adviezen eronder. Het eerste thema was ‘Wat betekent Validisme?.

1.  Validisme?

Validisme (ook vaak aangeduid in het Engels: ableism ('able-ism')) is discriminatie, marginalisatie en stigmatisering van mensen met een fysieke, zintuiglijke of verstandelijk handicap, een chronische ziekte of een psychische aandoening of neurodivergentie. Validisme kan verbonden worden met racisme en seksisme.

💡 Er moet meer bewustwording komen over validisme.

1.  Validistisch taalgebruik.

💡Er moet meer bewustwording komen over validistisch taalgebruik.

💡De gemeente erkent dat mensen met een beperking gelijkwaardig zijn en daarom deel uitmaken van de menselijke diversiteit.

💡Bijvoorbeeld als de gemeente mondeling of schriftelijk over mensen spreekt, benoem dan op wie je doelt. M.a.w. gooi ze niet op één grote hoop. ‘Kwetsbaren’ is een hele brede term, er kunnen heel veel mensen mee bedoeld worden. En we zijn niet verkeerd of stuk. Kijk naar de positie die iemand kwetsbaar maakt; is het armoede? Is het een chronische aandoening? Benoem de groep zoals ‘ouderen’, ‘mensen met een beperking’, ‘mensen met een beperking en migratieachtergrond’. Ook in beleidsstukken.

💡Spreek in je eigen kring en collega’s erop aan.

💡De gemeente doet meer kennis op over Validisme door voorlichting, door er meer over te lezen of door vragen te stellen aan personen die er meer van weten. In de magazine van ONE WORLD staan wat artikelen over Validisme.

2.  Communicatie en netwerk

💡De gemeente moet de grassroots* organisaties een rol geven in de communicatie met de gemeente.

*Grassroots: hier wordt bedoeld de organisaties die het dichtst bij de doelgroeps basis opereert. In Amsterdam zijn het de belangenorganisaties per stadsdeel. In het Stadsdeel zijn de groepen beter op de hoogte van de van de lokale situaties.

💡 De mensen met een beperking willen dat de gemeente hen laat meepraten bij het opstellen van een programma van eisen bij bouwprojecten. En dat ze aan tafel zitten met de mensen die betrokken blijven bij plannen van de gemeente in de stadsdelen. Dit ter voorkoming van foute beslissingen waardoor achteraf herstellen veel meer geld kost.

💡 De mensen met een beperking willen vaker met elkaar communiceren d.m.v. van bijeenkomsten. Stel de grassroots organisaties in staat om dit te organiseren.

💡 Klachten. De gemeente heeft tijdens de conferentie geuit dat ze wenst dat mensen veel meer bij de gemeente klagen want alleen dan weet de gemeente wat er speelt plus dat het aantal klachten meetelt in de cijfers. Maar mensen zijn er moe van om hun beklag te doen omdat ze de ervaring hebben dat er niets met hun klacht gebeurt of ze worden van het kastje naar de muur gestuurd. Daarom is het wenselijk dat de gemeente maatregelen treft om het ‘klagen’ te stimuleren. Bijvoorbeeld meldingen over discriminatie of openbare ruimte. Door dit als taak te geven aan de lokale platforms, kan het platform de mensen leren en motiveren om van zich te laten horen.

💡 De gemeente moet de tijd en inzet van de personen met een beperking waarderen met een vergoeding.

3.  Inclusie

💡De gemeente moet maatregelen treffen om evenementen Inclusie te maken.  Bijvoorbeeld op de gaypride moeten ook mensen in een rolstoel op een toegankelijke boot mee kunnen doen.

💡De gemeente moet handelen in de geest van het VN verdrag handicap. Zie bijlage artikel 9 van het VN verdrag Handicap.

3. Integrale toegankelijkheid

3. Fysiek

💡Richtlijnen zoals ITs en NEN 1814 verplicht stellen omdat deze niet zijn geborgd in het Bouwbesluit. Dit zijn normen waarmee je toegankelijkheid goed regelt. Bouwadvocaat Ottilie Laan, is hierin gespecialiseerd. Zij kan heel goed uitleggen waarom toegankelijkheid niet goed geborgd is in de wet, debouwadvocaat.nl

💡De monumentale status wordt gebruikt om een gebouw niet toegankelijk te maken. Daarom moet het perspectief vanuit een monumentale status omgezet worden naar toegankelijkheid. Er zijn genoeg voorbeelden waaruit blijkt dat dit goed samen gaat.

💡Creëer bekendheid over het jaar van toegankelijkheid 2023. 

💡Laat een architect met een beperking meekijken bij de ontwikkeling van (overheids)gebouwen.

💡ITs en NEN 1814 als criterium laten gelden bij de prijzen voor het beste gebouw van Amsterdam.

💡ITs certificaat betekent ook dat mensen met een beperking moeten mee beoordelen. Het ITs certificaat wordt soms afgegeven aan gebouwen die aan de ITs richtlijnen voldoen zonder dat personen met een beperking mee hebben beoordeeld. Achteraf blijkt dat een gebouw toch niet toegankelijk is.

💡Alle stemlokalen moeten toegankelijk zijn.

💡Alle bioscopen moeten toegankelijk zijn. Mensen met een beperking moeten naast elkaar kunnen zitten.

💡Mensen met een beperking willen net als anderen gebruik maken van een personenlift ipv een goederenlift. Een goederenlift staat meestal ergens achteraf in een gebouw, je moet wachten op personeel om je daar naartoe te begeleiden en de lift is volgestouwd met spul waardoor het eerst leeggehaald moet worden. Pathé is een voorbeeld daarvan. In Zuidoost hebben ze geen personenlift in de lobby.

💡Er zijn activiteiten die via de stadspas worden aangeboden, niet toegankelijk. Alle activiteiten moeten toegankelijk zijn.

4.  Toilet

💡Hotels die een toilet hebben die ook geschikt is voor rolstoelen, openstellen voor mensen met een beperking.

💡Alle toiletten moeten voor iedereen toegankelijk zijn.

💡Dixies zijn niet geschikt, daarom willen wij op festivals geschikte ITs toiletten.

💡Toiletten niet op slot doen. De sleutel is altijd zoek – of de persoon die de sleutel heeft is niet te vinden.

💡Goed voorbeeld: Bij Only Friends zijn alle toiletten inclusief.

💡Toilet moet altijd hygiënisch schoon zijn voor mensen met infectieziektes.

💡Erop toezien dat een MIVA toilet niet als opslagruimte of bezemkast wordt gebruikt.

💡Een Scootmobiel moet ook in MIVA toilet passen.

💡Bekendmaken locaties waar geschikte toiletten zijn zoals gemeentehuis, bibliotheek of een brandweerkazerne.

💡Bruikbaarheid app Ongehinderd onderzoeken.

5.  Openbare ruimte

💡Er moet gauw een vervanger komen van de Verkeerscommissie, waar personen met een beperking kunnen adviseren. Er is nu geen adviessysteem.

💡Elk stadsdeel moet een toezichthouder hebben die verantwoordelijk is voor toegankelijkheid.

💡Geen obstakels zoals fietsen en reclameborden op de blindengeleidenlijnen parkeren. De stoepen moeten een minimale vrije gebruikersruimte behouden zonder dat doorgankelijkheid onmogelijk wordt door obstakels.

💡Handhaving ook voor toegankelijkheid.

💡Rubberen matten en metalen platen in de openbare ruimte worden afgeraden. Ze zijn glad en moeilijk berijdbaar. De rubberen matten zijn niet stabiel. Door slibgevaar kan iemand in een rolstoel kantelen of een ouder iemand kan uitglijden.

💡 Toegankelijkheid als voorwaarde in BLVC plan. BLVC = Bereikbaarheid, Leefbaarheid, Veiligheid en Communicatie tijdens een bouwprojecten

5. Kunst en cultuur

💡Meer representatie van mensen met beperking in de media, op TV, voorstellingen en tentoonstellingen.

5. Onderwijs

💡Gesegregeerde samenleving opheffen. Gesegregeerd onderwijs opheffen door alle schoolgebouwen integraal toegankelijk te maken. (ITs, NEN 1814).

💡Scholieren met een beperking willen samen optrekken met scholieren op de reguliere scholen.

💡Er moeten alternatieve mogelijkheden komen voor mensen die niet fysiek naar school kunnen. Daarom moet onderwijs ook online gegeven worden en ten alle tijden beschikbaar zijn.

💡Er zijn personen met een beperking die een ondergewaardeerd schooladvies krijgen. Ze ontvangen geen diploma en belanden bij de dagbesteding terwijl ze liever meer beroepsgericht onderwijs willen volgen.

💡Studenten met een beperking hebben financiële ondersteuning nodig.

💡In de conferentie werd door de onderzoeker van de Ombudsman verwezen naar het Rapport van de kinderombudsman over samen onderwijs. De aanbeveling is om ook dit rapport te betrekken bij het bestrijden van validisme in het onderwijs. ( https://www.kinderombudsman.nl/publicaties/reactie-kinderombudsman-op-contouren-werkagenda-route-naar-inclusief-onderwijs)

6.  Sport

💡Het Wmo sportloket raad sporters met een beperking aan, van wie het sporthulpmiddel veel meer kost dan de toegestane limit, om zelf een inzameling te organiseren. Maar dat willen ze niet. Het maakt ze afhankelijk en het brengt ze in een positie waarin ze dankbaar moeten zijn. Geld inzamelen kost veel tijd, moeite en het lijkt op bedelen. Het advies is dat de Wmo sportloket maatwerk biedt.

6. Vervoer

6. Openbaar vervoer

💡Mensen met een beperking al bij het begin betrekken bij nieuwe OV.

💡Maak de treinen, tram, bus, metro en haltes toegankelijk voor iedereen:

door perron en haltes op gelijke hoogte te stellen als het vervoermiddel zodat men niet afhankelijk is van assistentie om hen in het voertuig te helpen en dat men dan spontaan kan reizen;

door vervoermiddelen met een drempelvrije instap;

door goede kwaliteit liften; liften zijn vaak stuk, er moet een app komen voor kapotte liften; Of huur liften.

door de haltes te laten voldoen aan de ITs richtlijnen;

💡De training van chauffeurs ‘hoe ga ik om met mensen met een beperking’ moet continu op de agenda blijven.

💡Meer fijnmazig OV. Door bezuiniging zijn er minder lijnen + moet men vaker overstappen. Dit is niet te doen voor blinden en slechtzienden.

💡Toegankelijke evacuatie. Alle evacuatie plannen moeten nagekeken worden op Inclusie.

💡Er zijn meer gehandicapten parkeerplekken nodig.

7.  AOV (Aanvullend Openbaar Vervoer)

💡Minder carpool met het AOV. Soms zitten mensen te lang in de bus omdat er veel meer passagiers in één rit gestopt worden.

💡De chauffeurs van het AOV moeten aan kwaliteitscriteria voldoen.

💡Meer buschauffeurs aannemen want door personeelstekort kunnen mensen die afhankelijk zijn van AOV niet spontaan reizen omdat je ruim van tevoren moet boeken.

8.  Zorg

💡 Meer eigen regie bij de keuzevrijheid van zorg.

7. Vragen

In het laatste halfuur van de conferentie kreeg het publiek de kans om vragen te stellen.

💡Vraag: wat is het verschil tussen het medisch model en sociaal model?

Antwoord: als je niet vanuit het sociaal model werkt en de maatschappij aanpast dan noemen wij dat discriminatie en gaat dat in tegen mensenrechten.

M.a.w. een validisme vrije maatschappij voldoet aan het sociaal model.

💡Er werd een vraag gesteld over vooroordelen over gehandicapten.

Antwoord: er moet bewustwording komen over mensen met beperking.

💡Er ontstond een discussie over wanneer het nodig is om medisch in te grijpen als iemands lichaam niet voldoet aan de norm, de zogezegde 6de vinger. De conclusie werd dat medisch ingrijpen bij levensbedreigende situaties begrijpelijk is maar bij al het andere moet het wel in overleg met de betrokkenen. De gedachte is dat het niet om een voorwerp gaat dat verkeerd of stuk is maar dat de maatschappij moet accepteren dat niet iedereen aan de norm voldoet.

 

 

9.   Bijlage - artikel 9 van het VN verdrag Handicap

Artikel 9. Toegankelijkheid

1.      Teneinde personen met een handicap in staat te stellen zelfstandig te leven en volledig deel te nemen aan alle facetten van het leven, nemen de Staten die Partij zijn passende maatregelen om personen met een handicap op voet van gelijkheid met anderen de toegang te garanderen tot de fysieke omgeving, tot vervoer, informatie en communicatie, met inbegrip van informatie- en communicatietechnologieën en –systemen, en tot andere voorzieningen en diensten die openstaan voor, of verleend worden aan het publiek, in zowel stedelijke als landelijke gebieden. Deze maatregelen, die mede de identificatie en bestrijding van obstakels en barrières voor de toegankelijkheid omvatten, zijn onder andere van toepassing op:

a.      gebouwen, wegen, vervoer en andere voorzieningen in gebouwen en daarbuiten, met inbegrip van scholen, huisvesting, medische voorzieningen en werkplekken;

b.      informatie, communicatie en andere diensten, met inbegrip van elektronische diensten en nooddiensten.

2.      De Staten die Partij zijn nemen tevens passende maatregelen om:

a.      de implementatie van minimumnormen en richtlijnen voor de toegankelijkheid van faciliteiten en diensten die openstaan voor, of verleend worden aan het publiek, te ontwikkelen, af te kondigen en te monitoren;

b.      te waarborgen dat private instellingen die faciliteiten en diensten die openstaan voor, of verleend worden aan het publiek aanbieden, zich rekenschap geven van alle aspecten van de toegankelijkheid voor personen met een handicap;

c.      betrokkenen te trainen inzake kwesties op het gebied van de toegankelijkheid waarmee personen met een handicap geconfronteerd worden;

d.      openbare gebouwen en andere faciliteiten te voorzien van bewegwijzering in braille en in makkelijk te lezen en te begrijpen vormen;

e.      te voorzien in vormen van hulp en bemiddeling door mensen, met inbegrip van begeleiders, mensen die voorlezen en professionele doventolken om de toegang tot gebouwen en andere faciliteiten, die openstaan voor het publiek te faciliteren;

f.       andere passende vormen van hulp en ondersteuning aan personen met een handicap te bevorderen, teneinde te waarborgen dat zij toegang hebben tot informatie;

g.      de toegang voor personen met een handicap tot nieuwe informatie- en communicatietechnologieën en -systemen, met inbegrip van het internet, te bevorderen;

 

h.      het ontwerp, de ontwikkeling, productie en distributie van toegankelijke informatie- en communicatietechnologieën, en communicatiesystemen in een vroeg stadium te bevorderen, opdat deze technologieën en systemen tegen minimale kosten toegankelijk worden.